Cobouw Podcast

Doorzagen 64 | 'Spit het Hollandse bouwgrondbeleid om'

Cobouw Podcast
14-03-2023

De werking van de grondmarkt zit een snelle woningbouw in de weg. Dat zegt Erwin van der Krabben, hoogleraar gebiedsontwikkeling aan de Radboud Universiteit, in de nieuwste aflevering van de podcast Doorzagen. Hij dringt aan op maatregelen.
Minister Hugo de Jonge komt binnenkort met een brief over het Nederlandse grondbeleid. Wat er precies in brief komt te staan, weet Erwin van der Krabben niet. “Maar ik heb al wel wat geruchten gehoord en ik heb ook de minister een paar keer horen zeggen dat het geld nu soms in verkeerde zakken belandt, dus ik mag hopen dat hij daar iets aan gaat doen.”
Het grondbeleid staat volgens Van der Krabben al vijftig jaar ter discussie. Nu de bouwproductie stagneert, staat het onderwerp weer hoger op de politieke agenda. Onder meer de PvdA dringt aan op een planbatenheffing, zodat een deel van de grondopbrengst, terugvloeit naar de bouwplannen zelf.
Van der Krabben vindt een dergelijke maatregel ook logisch. “Een groot deel van de enorme waardesprong die nu optreedt zodra de grond een andere bestemming krijgt, komt nu bij de oorspronkelijke grondeigenaren terecht. Dat is hun goed recht, maar als we tegelijkertijd zien dat woningbouwprojecten niet uitkunnen en dat er flink veel overheidsgeld bij moet, moeten we nadenken of we wel verstandig bezig zijn.”
Hij heeft ook kritiek op de aanpak van De Jonge. Volgens de hoogleraar had de minister eerst het grondbeleid moeten aanpassen, voor hij overal woondeals sluit met de regio’s en miljarden in gebiedsontwikkelingen pompt. “Het maken van plannen voor de woningbouw is harstikke goed. Maar ik zeg ook al twee jaar dat de minister vergeten is om eerst de werking van de grondmarkt op orde te krijgen.”
Minister De Jonge snijdt met die ‘verkeerde volgorde’ zichzelf in de vingers, stelt de deskundige. “Het leidt tot een soort Postcodeloterijshow op de grondmarkt en heeft een enorm prijsopdrijvend effect. Het aanwijzen van locaties door de minister leidt er verder ook toe dat we een stukje van de marktwerking kwijt zijn, omdat markpartijen weten waar ze grondposities moeten gaan innemen.”
De hoogleraar gebiedsontwikkeling onderzocht onlangs in opdracht van de Autoriteit Consument & Markt (ACM) de ‘Concentraties in de nieuwbouwmarkt’. In dat onderzoek concludeert hij dat potentiële bouwgrond in ruim de helft van de gemeenten in handen is van een beperkt aantal projectontwikkelaars. Stemmingmakerij, vindt ontwikkelaarsvereniging NEPROM. Het rapport brengt volgens de vereniging van ontwikkelaars de integriteit van ontwikkelaars in het geding.
Van der Krabben realiseert zich dat hij niet alleen maar vrienden maakt met zijn rapport, maar zegt in Doorzagen op te komen voor de woonconsument. Volgens hem heeft die te weinig keuzevrijheid op de markt van nieuwe woningen. “Als je een brood koopt, kun je je zelf een goed beeld vormen of je een goede prijs betaalt. Op de lokale grondmarkt is de concurrentie soms te beperkt.”
Een ‘te dominante’ positie van ontwikkelaars in gemeenten, heeft als bijkomend nadeel dat marktpartijen gebiedsontwikkelingen kunnen uitonderhandelen, stelt Van der Krabben.