De BNR Techniektour | BNR

De techniek achter impact

De BNR Techniektour | BNR
16-06-2020

Mede mogelijk gemaakt door: Techniek Nederland, Wij Techniek

*Het transcript van deze uitzending vind je onderaan.
De Tour Gek kun je ervan worden, als je moeder, vader, oma of opa wegglijdt en je geen contact meer kunt krijgen. De techniek van CRDL kan een oplossing zijn. Want door aanraking via dit ovale apparaat, kunnen geliefden en therapeuten met deze groep ouderen in contact komen.
Contact is ook een uitdaging voor doven of slechthorenden, zeker als het in een grotere groep is. Jari Hazelebach deelt zijn bijzondere verhaal over hoe hij, via techniek, contact kan herstellen. Samen met co-founder Marcel van der Ven bedacht hij spraakverwerkingssysteem SpeakSee. Ook spreekt Karlijn Meinders Aimée-Mimi van der Wolde over wat er gebeurt in deze specifieke wereld van sociale ondernemers en hoe je naast een goed idee, ook een goed business plan nodig hebt om echt het verschil te kunnen maken.
Leestips Wil je meer lezen over sociale ondernemers? So/creatie is een digitaal platform over sociale ondernemers in Nederland, zij schreven al eerder over CRDL.
Luister hier alle afleveringen van de BNR Techniektour: >>>>>
Voice over Karlijn:
Het verschil maken met techniek, daar gaan we het in deze aflevering over hebben. Innovaties die ons leven of de wereld een stukje beter maken dan ze waren. We beginnen bij een product dat speciaal is ontwikkeld om het leven van doven en slechthorenden makkelijker te maken. CEO Jari Hazelebach vertelt wat ze precies hebben bedacht.
Jari:
Nou bij SpeakSee hebben we een systeem van microfoons ontwikkeld wat iemand die doof of slechthorend is kan uitdelen in een groepsgesprek, dan worden de microfoons dichtbij de mond opgespeld, wordt de spraak opgevangen, en binnen een seconde omgezet naar tekst, zodat iemand die doof of slechthorend is kan lezen wat er wordt gezegd. En wat daar nou zo uniek aan is, is dat traditionele spraakherkenning eigenlijk alleen maar goed is om de spraak op te vangen en om te zetten naar tekst, accuraat, bij dictatie of misschien bij 1-op-1 gesprekken, maar dat het tot dusver nog niet in staat was om ook groepsgesprekken, tot aan 9 personen in ons geval, accuraat om te zetten in tekst en daarbij ook alle verschillende sprekers in verschillende kleuren weer te geven.
VO Karlijn:
Binnen 1 seconde wordt de spraak omgezet in tekst. Zo snel moet het ook wel, als je echt mee wilt doen aan een gesprek natuurlijk. Drie seconden later lachen om een grapje, dat werkt niet. De tekst is te lezen op een smartphone, laptop of tablet. En... elke spreker heeft zijn of haar eigen kleur. En ook dat is onmisbaar als je deel wilt nemen aan en groepsgesprek. De motivatie voor Hazelebach om dit hulpmiddel te ontwikkelen vond hij dichtbij huis.
Jari:
Mijn beide ouders zijn doof dus eigenlijk tijdens mijn jeugd heb ik heel duidelijk gezien hoe enorm lastig het is voor doven en slechthorenden om gesprekken te volgen, waarbij het eigenlijk zo is hoe meer mensen er aanwezig zijn in het gesprek, hoe lastiger het wordt voor hen om te volgen, en 1-op-1 gesprekken kunnen ze vaak nog liplezen, of hebben ze nog wat gehoor over waar ze nog wat mee kunnen, maar in groepsgesprekken wordt het steeds lastiger. En dat is nou precies waar wij een oplossing voor hebben ontwikkeld.
VO Karlijn:
Zon nieuw spraakverwerkingssysteem, dat bouw je gewoon niet in een dag. Hardware, firmware, software: het moet allemaal feilloos met elkaar samenwerken. En het moest natuurlijk beter worden dan wat er al was.
Jari:
Het probleem waar traditionele spraakherkenning veelal tegenaan liep, waarbij de daadwerkelijke spraakomzetting van spraak naar tekst best goed ging, maar het heel vaak voorkwam dat de microfoons te ver van de mond af werden geplaatst of de microfoons niet in staat waren om de spraak helder op te vangen. Dat is het probleem wat wij oplossen met de SpeakSee microfoons, die gebruik maken van beamforming technologie. Wat eigenlijk inhoudt dat een microphone array op elke printplaat zit, dus op elk apparaatje wat wordt opgespeld bij de mond. Dat zijn eigenlijk meerdere microfoons die een korte afstand tussen elkaar hebben en omdat ze een korte afstand tussen elkaar hebben, vangt het ene microfoontje een minieme seconde eerder het geluid op dan het andere microfoontje en daaruit kunnen we dus afleiden uit welke richting het geluid komt en zo kunnen we dus bepalen dat uit de ene richting wel meer geluid moet worden opgevangen en uit een andere richting minder.
VO Karlijn:
Oké, zo vangt zon microfoontje dus het geluid op, maar hoe kan ie die verschillende mensen dan uit elkaar houden?
Jari:
Je kunt je natuurlijk voorstellen, als er verschillende mensen redelijk dichtbij elkaar in een gesprek, in hun eigen microfoontje spreken, dat de microfoons ook van elkaar de spraak opvangen. En dat gebeurde dus ook, dus heel vaak, wat vaak voorkwam was dat iemand zei wat en dat werd meerdere keren vertaald naar tekst op het beeldscherm. Nou omdat tegen te gaan hebben we verschillende sensoren in de microfoon geplaatst, die dus verschillende.., die de conversatie dynamiek, laat ik het zo noemen, kunnen opvangen en ook een sprekersidentificatie algoritme, wat binnen 15-20 seconden een sprekersprofiel kan samenstellen van een spreker en aan de hand van dat sprekersprofiel dus kan bepalen: deze microfoon hoort bij deze persoon, dus deze microfoon moet ook alleen deze persoon opvangen en niet eventuele andere sprekers in het gesprek.
Karlijn:
En heb je dit ook al in de praktijk kunnen testen? Nou ja, ik zou bijna zeggen bij jou thuis, want daar zijn natuurlijk twee mensen die daar wat aan hebben, maar misschien ook met andere mensen die slechthorend of doof zijn?
Jari:
Ja absoluut, natuurlijk zijn mijn ouders altijd de eerste testers en ook ontzettend fijn in het innovatieproces dat ik altijd eigenlijk twee mensen heel dichtbij me heb, waarbij ik dus altijd vragen kan stellen en heel snel kan testen.
Karlijn:
Ja.
Jari:
Maar we hebben ook met andere groepen doven en slechthorenden uiteraard getest. Zo hebben we een pilot, die gefinancierd wordt door het UWV en de Coalitie voor Technologie en Inclusie, georganiseerd. En die pilot hebben we uitgevoerd bij de Rabobank en de Nationale Politie, waar we dus ook verschillende gebruikers hebben die dit al echt in de praktijk hebben gebruikt. Dat was wel voor corona, wat inmiddels zijn er gewoon bijna geen fysieke vergaderingen meer. Dus ook onze pilots hebben een tijdje stil gelegen.
Karlijn:
Ja dat moet allemaal weer een beetje opstarten natuurlijk, maar de mensen die dat gebruikt hebben in die pilot, hoe.. hoe reageerde die daarop? Hoe vonden ze het?
Jari:
Ja enorm positief, die dame die het bij de Nationale Politie uitprobeerde gaf aan dat ze, dat het wel echt boven haar verwachtingen was uitgekomen. En dat ze ook het effect op de sociale interacties hadden onderschat. Dat ze ook ineens van de gesprekjes tussendoor, tijdens de lunchpauze of de informele gesprekjes. Dat ze daar ineens ook veel meer van meekreeg, terwijl ze voorheen eigenlijk daar nooit toe in staat was. Dus dat was een soort bijvangst. We gingen er natuurlijk vanuit dat het vooral voor de vergaderingen werd gebruikt, om de essentiële werkcommunicatie mee te krijgen. Maar het zorgde er dus ook voor dat die, toch wel hele belangrijke informele gesprekjes, ook toegankelijk werden.
Karlijn:
En hoe vonden jouw ouders het dat hun zoon hiermee aan de slag ging?
Jari:
Ik denk dat ze het heel leuk vinden, en dat laten ze ook wel merken. Dat ze daar trots op zijn, en dat geeft mij natuurlijk een heel goed gevoel, want dat is waar ik het voor doe. Voor mijn ouders en ook voor nou ja die vele andere doven en slechthorenden die op dit moment geen toegang hebben tot heel veel belangrijke communicatie.
VO Karlijn:
Tech met impact, daar gaat het over in deze aflevering. Waar willen ze bij SpeakSee in de toekomst nog aan werken?
Jari:
Ik zou me kunnen voorstellen dat we als volgende stap dit ook met een centrale microfoon mogelijk willen maken. Dus op dit moment is het nodig dat elke spreker de microfoon dichtbij de mond opstelt. En dat zorgt ook daadwerkelijk voor het opvangen van het meeste kwalitatieve geluidssignaal. Dus op dit moment is dat nog heel belangrijk, maar in de toekomst willen we het zeker mogelijk maken om bijvoorbeeld één microfoon op tafel te zetten die eigenlijk hetzelfde kan als wat SpeakSee op dit moment kan. En daar is nog wel behoorlijk wat innovatie aan de audio-signaal-verwerkingskant nodig, maar ik denk dat wij met de technologie die we nu ontwikkelen en de inzichten die we nu opdoen, zowel aan de hardware als aan de software kant, en aan de data science kant. Dat we wel uniek gepositioneerd zijn om die stap te zetten.
VO Karlijn:
Dat klinkt veelbelovend. En je kunt je ook nog voorstellen dat dit niet alleen communicatie barrières weghaalt voor doven en slechthorenden, maar ook prima zou werken voor gesprekken waarin mensen elk een andere taal spreken. Ook met de uitdagingen van de huidige crisis wist SpeakSee wel raad. Ze gebruikten de techniek die ze al hadden om alle online vergaderingen voor doven en slechthorenden direct te ondertitelen.
Mocht je nu zelf technisch zijn en denken: hier wil ik aan bijdragen? Het team van negen gepassioneerde mensen breidt nog altijd uit, dus geef ze zeker even een seintje.
We gaan het straks hebben over een instrument dat op een bijzondere manier het contact tussen mensen verrijkt, maar eerst zoomen we even uit. Want veel startups met impactvolle ideeën, worden gedreven door het willen maken van een verschil, maar ja: zonder inkomsten kun je dat verschil niet maken. Gelukkig kunnen ze in dat geval hulp krijgen om van hun droom ook echt een functionerend bedrijf te maken. Dat kan bijvoorbeeld, bij SEIF in Zwitserland.
Aimee:
Ik ben Aimee van der Wolde. Ik woon op dit moment in Zwitserland en werk voor een organisatie waarbij we start-ups supporten financieel, maar ook met capacity building programmas. En deze start-ups die hebben allemaal één gemene deler en dat is dat ze impact-driven zijn, zoals we dat noemen, of social entrepreneurs. Maar deze hebben allemaal impact in het hart van hun start-up en dat is voor hun belangrijk en hebben daar ook een business model op gebouwd om er ook voor te zorgen dat ze kunnen blijven bestaan.
VO Karlijn:
Volgens Van der Wolde kun je je als nieuwe ondernemen eigenlijk niet meer vertonen als je maatschappelijke impact niet op de agenda hebt staan. Ook ziet ze dat grote industriepartners steeds vaker kiezen voor investeringen in innovaties met impact en samenwerkingen met startups die het verschil willen maken. SEIF helpt dit soort startups dus een paar stappen vooruit. Hoe doen ze dat precies?
Aimee:
Er zijn een aantal dingen waar we ze het meest mee kunnen helpen. Dat is A. Business Development. Veel start-ups, of veel founders zijn vaak ingenieuze mensen, met echte uitvinders die vaak al aan de universiteit iets hebben uitgevonden waarmee ze iets hebben om iets mee te starten. Maar daar een business omheen bouwen is natuurlijk iets anders. Dus we kunnen ze helpen met hoe je dat op orde krijgt: wat zou een verdienmodel kunnen zijn? Waar kun je je investeringen vinden? Hoe werkt dat om een bedrijf op te richten? Daarnaast steken we veel aandacht in impact management. Hoe meet je impact?
VO Karlijn:
Ja hoe meet je impact? Dat is nog niet zo makkelijk. Want elke startup doet iets anders. Vaak worden bepaalde doelen als meetlat gebruikt, zoals de Sustainable Development Goals van de VS. Zon duurzame stip op de horizon kan je als ondernemer houvast bieden en het laat aan investeerders zien dat je een duidelijke visie voor ogen hebt. Van welke innovaties wordt Van der Wolde zelf eigenlijk enthousiast?
Aimee:
Bijvoorbeeld een prothese voor het been: dat is een start-up dat heet Projet CircleLeg. Dat zijn eigenlijk twee designers geweest die hebben gedacht hé dit moet beter kunnen in ontwikkelingslanden. Daar is toegang tot goede protheses nog steeds moeilijk en vaak onbetaalbaar. En daarbij hebben ze gedacht ja daar moeten we dan ook nog eens het plastic voor gaan gebruiken, wat sowieso te veel is op deze wereld. Dus ze hebben een kunstbeen ontwikkeld van gerecycled plastic.
VO Karlijn:
Een mobiele MRI-scanner voor plekken op de wereld waar deze techniek eerst nog helemaal niet toe te passen was, drones die supersnel plastic opspoort, er zijn genoeg mooie projecten te noemen. Wat dacht je bijvoorbeeld van deze app speciaal voor onafhankelijke vrouwen?
Aimee:
Een soort FitBit, maar dan voor financiële fitheid. Want in veel landen, ook hier in Nederland en in Zwitserland en in West-Europa, zijn vrouwen vaak nog achtergesteld in hun financiële situatie en deze app die is er helemaal op toegelegd om ervoor te zorgen dat ze financieel fit worden, ook voor zichzelf kunnen zorgen als de man wegvalt, of ze alleenstaand zijn. Omdat vaak deze sectoren nog altijd gefocust zijn op mannen.
VO Karlijn:
Veel van deze voorbeelden ontstaan vanuit de wens om echt een verschil te maken. Natuurlijk zijn er ook bedrijven die een impact innovatie erbij doen omdat het leuk staat, of puur om er geld aan te verdienen. Die zullen er altijd zijn zegt Van der Wolde, maar ook al is er sprake van impact-washing, het is beter dan niets. Zolang daarnaast de discussie maar doorgaat. Maakt het haar eigenlijk hoopvol, om al die ideeën voorbij te zien komen? Of benadrukt het voor haar vooral alle problemen die nog opgelost moeten worden?
Aimee:
Ja dat is een goede vraag. Ik denk dat het echt beide is. Weet je wat het is met innovatie, ik denk ook veel in techniek, en als je denkt aan regulier start-ups, zijn we allemaal opzoek naar de grote unicorns, weet je wel, de grote startups die echt succesvol gaan worden en miljarden bedrijven worden. Maar als je het mij persoonlijk vraagt denk ik dat bij innovatie het belangrijk is dat bij innovatie het belangrijk is dat er zoveel verschillen spelers, zoveel verschillen start-ups die samenwerken aan een betere toekomst, dat dat nog veel belangrijker en innovatiever is, dan dat er af en toe één uitspringt. Dus dat vind ik heel hoopvol, dat er ook in al deze verschillende sectoren die allemaal 1, of 2 of meerdere SDGs, die Sustainable Development Goals, aanraken. Dat vind ik heel hoopvol. Tegelijkertijd denk ik ook soms, ja: het is nog 10 jaar, dat is niet zo lang. Er moet nog een hoop gebeuren.
VO Karlijn:
We zijn er dus nog lang niet, maar de bewustwording groeit. Volgens Van de Wolde Is duidelijk te zien dat de nieuwe generatie startups het belangrijk vindt om wat te verbeteren aan de wereld. Wanneer zou ze tevreden zijn?
Aimee:
Als we dit gesprek over 10 jaar hebben, dat we het niet meer hoeven te hebben, dat we niet meer het woord impact eraan hoeven te plakken, maar dat het zeg maar de standaard is. Dus dat we eigenlijk een woord hebben voor het andere ondernemen.
VO Karlijn:
Laten we hopen dat het die kant op gaat. Ben je benieuwd naar meer innovaties met impact? Op 17 juni kun je online meekijken met de pitches van een heleboel startups tijdens de uitreiking van de Tech for Impact Awards.
Wij gaan nu eerst door naar Ger Stuivens, directeur van CRDL. De Cradel is een product waarmee ouderen en mensen met een verstandelijke beperking op een mooie manier contact kunnen maken met zorgmedewerkers of hun familie. Geluid speelt daarbij een belangrijke rol. Stuivens omschrijft eerst even hoe de Cradel eruitziet.
Ger:
Het is eigenlijk helemaal gemaakt van massief hout. En qua afmetingen moet je ongeveer denken aan 45 cm lang, 35 cm hoog en 35 cm breed dus het is echt wel een object. En het heeft een beetje de vorm van een rugbybal.
VO Karlijn:
De CRDL zou eerlijk gezegd niet misstaan in een modern en kunstzinnig interieur, maar is dus absoluut niet bedoeld om alleen maar naar te kijken. Het is namelijk een instrument, vol met elektronica, dat reageert op aanraking. En hij doet het alleen als je met twee personen bent.
Ger:
Dus het is echt erop geënt dat mensen met elkaar in verbinding gaan. Dus twee mensen gaan tegenover elkaar zitten en ieder van die twee raakt de Cradel aan, de een met de ene hand en de ander met de andere hand. En met de vrije hand die ieder overheeft, raak je elkaar aan. En raak je elkaar aan op de huid. Dus op de hand of op de arm of op de wang. En op het moment dat die aanraking gebeurt. Dat dat er is. Dus dat je een gesloten circuit hebt. Twee mensen raken de Cradel aan en raken elkaar aan. Dan komen er geluiden uit de Cradel.
VO Karlijn:
Dat kunnen natuurgeluiden zijn, stadsgeluiden, of bijvoorbeeld muziek. Je kunt ook eigen geluiden toevoegen aan de 15 geluidsbibliotheken. Afhankelijk van hoe twee mensen elkaar aanraken - aaien, tikken of vasthouden reageert en verandert het geluid. Waar kwam dit idee eigenlijk vandaan? Want zoiets ontwerp je niet zomaar lijkt me.
Ger:
De ideeën die erachter zitten zijn eigenlijk afkomstig van de twee ontwikkelaars. Dat zijn Dennis Stuivens en Jack Chen. En zij hebben een ontwerpstudio in Haarlem. En zij waren collega studenten aan het programma architectuur en ontwerp van het Sandberg Instituut in Amsterdam. Ze zijn afgestudeerd in 2012 en hebben toen gezamenlijk een ontwerpstudio opgericht. En in het kader daarvan zijn ze eigenlijk gaan kijken, ze waren zich bewust van het maatschappelijk probleem van dementie dat dit steeds groter zou worden en steeds belangrijker zou worden, maar ze waren zich er ook van bewust wat dat betekende voor zowel de mensen met dementie zelf, als voor de omgeving zeg maar, de mantelzorgers, de partners, degene die er omheen staan, maar ook de professionals.
VO Karlijn:
Om zeker te weten dat ze iets ontwierpen waar mensen ook echt iets aan hadden, zijn ze vervolgens zelf als vrijwilliger aan de slag gegaan in zorginstellingen. Daar kregen ze langzaam een beeld van hoe moeilijk contact leggen in sommige situaties kan zijn. Ze wilden een hulpmiddel maken dat verschillende zintuigen aansprak om momenten van verbinding weer mogelijk te maken en dat werd de Cradel. Ze stopten er jaren ontwikkeling in, lieten onafhankelijk onderzoek doen door onder andere de Radboud Universiteit en maakten het ontwerp zo, dat de techniek steeds geüpdate kan worden. Maar nog even over die techniek, hoe weet het instrument dat de aanraking tussen twee mensen verandert?
Ger:
Dus je hebt twee aanraakvlakken aan de Cradels en daar zit een plus en een minpunt achter. Want het gaat natuurlijk om elektronica. En met behulp van de soortelijke weerstand die in elk menselijk lichaam zit, wordt gemeten hoe de verandering in de aanraking plaats vindt. Dus de soortelijke weerstand verandert eigenlijk door de manier van aanraken. Dus vasthouden geeft een andere waarde dan tikken, en geeft een andere waarde dan kloppen of strelen. En die verandering in de soortelijke weerstand wordt doorgegeven aan de elektronica en dat zorgt voor de andere geluiden.
Karlijn:
Inmiddels zijn er meer dan 850 Cradels in gebruik, zowel in Nederlandse zorginstellingen als in het buitenland. Bij iedereen die geïnteresseerd is in het product gaan ze zelf langs om te demonstreren of te installeren en zo kunnen ze van dichtbij zien wat het effect van de Cradel kan zijn op zowel de ouderen als hun zorgverleners.
Ger:
Zij zien dan wat er wel nog mogelijk is en hoeveel meer dat er nog bereikt kan worden en iedereen was al zon beetje in de stand terecht gekomen van mevrouw Jansen of meneer Peters, ja, die reageren niet meer. Die zijn erg in wat men in de dementie noemt in het verzonken X-stadium terecht gekomen, dat ze dus heel sterk in zichzelf gekeerd zijn.
Karlijn:
Ja
Ger:
Maar als men dan in staat is om te zien welke interactie nog mogelijk is en welk contact je nog kunt maken en het oogcontact en de glimlach en de blijheid en het plezier. Ook zorgverleners, ook geharde zorgverleners, houden het dan vaak niet meer droog, moet ik zeggen. En ja, dan moet ik me ook weer omdraaien, want dan red ik het ook niet meer.
Karlijn:
Ik vind het mooi om te horen dat het jou zelf nog echt wat doet.
Ger:
Ja dat is zeer zeker zo. Ik had het nog niet uitgelegd, maar het is ook zo dat Dennis en Jack, die zich dus met de hele technische kant van de zaak bezig houden, Dennis is dus ook mijn zoon, zij hebben dus samen die studie gedaan en zij zijn hierna gezamenlijk met het Cradel project gestart en toen zij eenmaal zover waren dat dit een echt product ging worden, heb ik gezegd: nou dan wil ik jullie wel helpen om te kijken hoe we dat op een goede manier in de markt zetten en toen ben ik daarbij betrokken geweest. Maar ik heb in mijn carrière dus heel veel gewerkt voor grote Amerikaanse bedrijven in richtingen van marketing en salesorganisaties en ik moet wel zeggen dat dit product ook mij wel heel sterk beïnvloed heeft, want je hebt hier echt het idee dat je het verschil maakt, of het verschil kan maken, voor de mensen die het gebruiken. En dat heb ik eerder in mn carrière nooit zo gehad en nooit zo gevoeld.
Karlijn:
Ik denk ook niet dat je dan nog ooit terug kan naar iets verkopen waar je dit niet bij voelt....
Ger:
Nee, nee, dat, nee, dit is voor mij ook, dit is wel goed, ik heb vaker aan vrienden en mensen die dichtbij mij staan gezegd: het lijkt erop alsof mijn hele carrière, 35/40 jaar, de lijntjes gelopen zijn om op dit punt uit te komen. Om de kennis te vergaren in die jaren, dit is geen geplande, geen geprojecteerde ontwikkeling, maar al mijn kennis die ik in de jaren verzameld hebt komt hier bij elkaar en kan ik hier heel goed toepassen. En ja, precies wat je zegt: you never go back once you have had this.
VO Karlijn:
Misschien moeten we allemaal maar hopen, dat we de kennis die we opdoen in ons werk ooit kunnen inzetten om onzelfzuchtig andere mensen te helpen. Natuurlijk kan dat hand in hand gaan met genoeg geld verdienen om dat verschil dan ook te kunnen maken, maar dan wel met impact als doel.
Daarmee zijn we aan het einde gekomen van deze aflevering. Volgende week alles over de techniek achter robots. Wat kan er allemaal al en waarbij zijn juist nog wel mensenhanden nodig?
See omnystudio.com/listener for privacy information.