Een Cursus in Wonderen Dagelijkse Les

Tekst 235 De Grotere Verbinding

Een Cursus in Wonderen Dagelijkse Les
25-11-2022

Ondersteun deze klassen met een gift: https://eencursusinwonderen.org/doneer

IV. De grotere verbinding

1. De Verzoening voor jezelf aanvaarden betekent geen steun verlenen aan iemands droom van ziekte en dood. Het betekent dat je niet deelt in zijn wens om zich af te scheiden en hem niet illusies op zichzelf laat richten. Evenmin wens je dat ze in plaats daarvan op jou worden gericht. Zo hebben ze geen gevolgen. En jij bent vrij van dromen van pijn, omdat je hem dit eveneens laat zijn. Als jij hem niet helpt, zul je samen met hem pijn lijden, omdat dit jouw wens is. En jij wordt dan een figuur in zijn droom van pijn, zoals hij in die van jou. Zo worden jij en je broeder beiden illusies, zonder identiteit. Je zou alles en iedereen kunnen zijn, afhankelijk van wiens kwade droom je deelt. Je kunt maar van één ding zeker zijn: dat jij slecht bent, omdat jij in angstdromen deelt.
2. Er is een manier om hier en nu zekerheid te vinden. Weiger deel uit te maken van angstige dromen, welke vorm ze ook aannemen, want je zult je identiteit erin verliezen. Jij vindt jezelf door niet te aanvaarden dat ze jou veroorzaken, en jou gevolgen bezorgen. Jij staat er los van, maar niet los van degene die ze droomt. Zodoende scheid je de dromer van de droom en verbind jij je met de een, maar laat het andere los. De droom is slechts een illusie in de denkgeest. En met de denkgeest wil jij je verenigen, maar nooit met de droom. Het is de droom die je vreest, niet de denkgeest. Je ziet ze als hetzelfde, omdat je denkt dat jij maar een droom bent. En wat in jezelf werkelijk is, en wat slechts illusie, weet jij niet en kun je niet onderscheiden.
3. Net als jij denkt jouw broeder dat hij een droom is. Deel niet in zijn illusie van hemzelf, want jouw Identiteit is aangewezen op zijn werkelijkheid. Denk in plaats daarvan aan hem als aan een denkgeest waarin illusies nog wel standhouden, maar niettemin een denkgeest die een broeder voor jou is. Hij is niet tot broeder gemaakt door wat hij droomt, noch is zijn lichaam, de ‘held’ van de droom, jouw broeder. Het is zijn werkelijkheid die jouw broeder is, zoals de jouwe dat is voor hem. Jouw denkgeest en de zijne zijn in broederschap verbonden. Zijn lichaam en zijn dromen lijken slechts een smalle kloof te vormen, waar de jouwe zich met die van hem hebben verbonden.
4. En toch ligt er geen enkele kloof tussen jullie denkgeesten. Je verbinden met zijn dromen betekent dus hem niet ontmoeten, want zijn dromen willen hem van jou afzonderen. Bevrijd hem daarom, louter door jouw aanspraak op broederschap en niet op angstdromen. Laat hem erkennen wie hij is door zijn illusies niet te ondersteunen met jouw geloof erin, want doe je dat wel, dan zul je in de jouwe geloven. Door in de jouwe te geloven zal hij niet worden bevrijd, en blijf jij een gevangene van zijn dromen. En angstdromen zullen blijven rondspoken in de smalle kloof die slechts door de illusies wordt bewoond die jij in de denkgeest van jouw broeder hebt ondersteund.
5. Wees ervan overtuigd dat als jij jouw deel doet, hij het zijne zal doen, want hij zal zich met jou verbinden waar jij je bevindt. Roep hem niet toe jou te ontmoeten in de kloof tussen jullie, anders moet je wel geloven dat dit zowel jouw als zijn werkelijkheid is. Je kunt niet zijn deel doen, maar dit doe je wel wanneer je een passieve figuur wordt in zijn dromen, in plaats van de dromer van je eigen dromen. Identiteit heeft in dromen geen betekenis, omdat de dromer en de droom één zijn. Wie een droom deelt, moet wel de droom zijn die hij deelt, want door te delen wordt een oorzaak teweeggebracht.
6. Je deelt de verwarring en je bent verward, want in de kloof bestaat geen stabiel zelf. Wat hetzelfde is lijkt verschillend, omdat wat hetzelfde is zich anders voordoet. Zijn dromen zijn de jouwe, omdat jij dat toelaat. Maar als jij de jouwe zou wegnemen, zou hij daarvan en tevens van de zijne zijn bevrijd. Jouw dromen zijn getuigen voor de zijne, en de zijne getuigen van de waarheid van die van jou. Maar als jij ziet dat er in de jouwe geen waarheid schuilt, zullen zijn dromen verdwijnen, en zal hij begrijpen waardoor de droom werd voortgebracht.
7. De Heilige Geest is in jullie beider denkgeest aanwezig, en Hij is Eén omdat er geen kloof is die Zijn Eenheid scheidt van Zichzelf. De kloof tussen jullie lichamen doet niet ter zake, want wat in Hem verbonden is, is altijd één. Niemand is ziek als iemand anders zijn verbondenheid met hem aanvaardt. Zijn verlangen om een zieke en afgescheiden denkgeest te zijn kan zonder getuige of oorzaak niet blijven bestaan. En beide zijn verdwenen als iemand met hem verenigd wil zijn. Hij droomt dat hij van zijn broeder gescheiden was die, door zijn droom niet te delen, de ruimte tussen hen heeft leeg gelaten. En de Vader komt Zich met Zijn Zoon verbinden, met wie de Heilige Geest Zich verbonden heeft.
8. De functie van de Heilige Geest bestaat erin het gebroken beeld van Gods Zoon te nemen en de stukken weer op hun plaats te zetten. Dit heilige beeld, volkomen geheeld, houdt Hij ieder afgescheiden stuk voor dat denkt dat het een op zichzelf staand beeld is. Aan elk schenkt Hij zijn Identiteit, die het hele beeld vertegenwoordigt in plaats van slechts een gebroken stukje waarvan hij volhield dat hij dat zelf was. En wanneer hij dit beeld ziet, zal hij zichzelf herkennen. Als jij de kwade droom van jouw broeder niet deelt, is dit het beeld dat het wonder in de smalle kloof zal plaatsen, die van alle zaden van ziekte en zonde gezuiverd is. En hier zal de Vader Zijn Zoon ontvangen, omdat Zijn Zoon zichzelf genadig was.
9. Ik dank U, Vader, omdat ik weet dat U elke smalle kloof zult komen dichten die ligt tussen de gebroken stukken van Uw heilige Zoon. Uw Heiligheid, compleet en volmaakt, ligt in elk daarvan. En ze zijn met elkaar verbonden, want wat in een van deze is, is in allemaal aanwezig. Hoe heilig is het kleinste korreltje zand, wanneer het wordt herkend als deel van het voltooide beeld van Gods Zoon! De vormen die de gebroken stukken lijken aan te nemen betekenen niets. Want het geheel is in elk ervan. En ieder aspect van Gods Zoon is precies hetzelfde als elk ander deel.
10. Verbind je niet met je broeders dromen, maar verbind je met hem, en waar jij je met de Zoon verbindt, daar is de Vader aanwezig. Wie zoekt surrogaten wanneer hij ziet dat hij niets verloren heeft? Wie zou de ‘weldaden’ van ziekte willen ervaren, wanneer hij het simpele geluk van gezondheid heeft ontvangen? Wat God gegeven heeft kan geen verlies zijn, en wat niet van Hem komt heeft geen gevolgen. Wat zou jij dan nog in de kloof kunnen waarnemen? De zaden van ziekte komen voort uit de overtuiging dat er vreugde is in afscheiding, en dat het opgeven daarvan een offer zou zijn. Maar wonderen zijn het resultaat wanneer je niet hardnekkig in de kloof blijft zien wat er niet is. Jouw bereidwilligheid om illusies los te laten is al wat de Genezer van Gods Zoon verlangt. Hij zal het wonder van genezing daar plaatsen waar de zaden van ziekte waren. En er zal geen verlies zijn, maar alleen winst.