Een Cursus in Wonderen Dagelijkse Les

Tekst 220 De Wetten Van Genezing

Een Cursus in Wonderen Dagelijkse Les
04-11-2022

Ondersteun deze klassen met een gift: https://eencursusinwonderen.org/doneer

VII. De wetten van genezing

1. Dit is een cursus in wonderen. En dus dienen de wetten van genezing te worden begrepen voordat het doel van de cursus kan worden bereikt. Laten we de principes die we behandeld hebben eens herhalen, en ze zodanig rangschikken dat ze een samenvatting geven van wat er allemaal dient te gebeuren om genezing mogelijk te maken. Want wanneer ze eenmaal mogelijk is, moet ze plaatsvinden.
2. Alle ziekte komt voort uit afscheiding. Wanneer de afscheiding wordt afgewezen, verdwijnt ze. Want ze is voorbij zodra het idee dat haar heeft teweeggebracht is genezen, en door innerlijke gezondheid vervangen. Ziekte en zonde worden als gevolg en oorzaak gezien, in een relatie die voor het bewustzijn verborgen wordt gehouden opdat ze zorgvuldig tegen het licht der rede kan worden afgeschermd.
3. Schuld vraagt om straf, en dat verzoek wordt ingewilligd. Niet in waarheid, maar in de wereld van schaduwen en illusies die op zonde is gebouwd. De Zoon van God heeft waargenomen wat hij wilde zien, want waarneming is een wens die in vervulling is gegaan. Waarneming verandert steeds, omdat ze werd gemaakt om de plaats van onveranderlijke kennis in te nemen. De waarheid blijft echter onveranderd. Ze kan niet worden waargenomen, maar alleen gekend. Wat wordt waargenomen neemt vele vormen aan, maar niet één heeft er betekenis. Eenmaal naar de waarheid gebracht, wordt de zinledigheid ervan overduidelijk. Van de waarheid weggehouden, lijkt ze betekenis te hebben en werkelijk te zijn.
4. De wetten van de waarneming zijn tegengesteld aan de waarheid, en wat geldt voor kennis geldt niet voor al wat daar los van staat. Maar God heeft op de wereld van ziekte een antwoord gegeven dat op al haar vormen van toepassing is. Gods antwoord is eeuwig, hoewel het werkzaam is in de tijd, waar het nodig is. Maar doordat het van God komt, hebben de wetten van de tijd geen invloed op zijn werking. Het bevindt zich in deze wereld, maar maakt er geen deel van uit. Want het is werkelijk, en verblijft daar waar alle werkelijkheid moet zijn. Ideeën verlaten hun bron niet, en hun gevolgen lijken er alleen maar los van te staan. Ideeën zijn eigen aan de denkgeest. Wat naar buiten is geprojecteerd en schijnbaar buiten de denkgeest ligt, is helemaal niet buiten, maar een gevolg van wat zich vanbinnen bevindt, en zijn bron niet heeft verlaten.
5. Gods antwoord ligt daar waar het geloof in zonde zich bevinden moet, want alleen daar kunnen de gevolgen ervan totaal ongedaan worden gemaakt en zonder oorzaak zijn. De wetten van de waarneming moeten worden omgekeerd, omdat ze een omkering zijn van de wetten van de waarheid. De wetten van de waarheid zullen voor altijd waar zijn en kunnen niet worden omgekeerd, maar ze kunnen wel worden gezien als stonden ze op hun kop. En dit dient daar gecorrigeerd te worden waar de illusie van de omkering ligt.
6. Het is onmogelijk dat één illusie minder ontvankelijk voor de waarheid zou zijn dan de rest. Maar het is wel mogelijk dat aan sommige een grotere waarde wordt toegekend, en dat ze met minder bereidwilligheid aan de waarheid worden aangeboden voor genezing en hulp. Geen enkele illusie bevat enige waarheid. Toch lijkt het alsof sommige meer waar zijn dan andere, hoewel dit duidelijk totaal onzinnig is. Het enige wat een hiërarchie van illusies kan laten zien is voorkeur, geen werkelijkheid. In welke mate is voorkeur voor de waarheid relevant? Illusies zijn illusies, en zijn onwaar. Jouw voorkeur verleent ze geen werkelijkheid. Niet één is er op enige wijze waar, en alle moeten even gemakkelijk wijken voor wat God als antwoord op alle illusie gegeven heeft. Gods Wil is Eén. En elke wens die tegen Zijn Wil lijkt in te gaan, is niet op waarheid gegrondvest.
7. Zonde is geen vergissing, want ze valt buiten de mogelijkheid tot correctie. Maar de overtuiging dat ze werkelijk is heeft ervoor gezorgd dat sommige vergissingen voor altijd voorbij iedere hoop op genezing lijken te liggen, en een permanente basis lijken voor de hel. Als dat het geval was, zou de Hemel door zijn eigen tegendeel worden bestreden, dat even werkelijk zou zijn als hijzelf. Dan zou Gods Wil in tweeën zijn gesplitst, en heel de schepping onderworpen zijn aan de wetten van twee tegenstrijdige machten, tot God ongeduldig wordt, de wereld uiteensplijt, en Zich verlaagt tot een aanval tegen Zichzelf. Aldus heeft Hij Zijn Verstand verloren, en verkondigt Hij dat de zonde Hem Zijn werkelijkheid ontnomen heeft en Zijn Liefde eindelijk onderdanig heeft gemaakt aan wraak. Bij zo’n krankzinnig beeld kan een krankzinnige verdediging worden verwacht, maar die kan niet bevestigen dat dit beeld waar moet zijn.
8. Niets verleent betekenis waar geen betekenis is. En de waarheid heeft geen verdediging nodig om haar waar te maken. Illusies hebben geen getuigen en geen gevolgen. Wie ernaar kijkt is slechts misleid. Vergeving is hier de enige functie, en die dient om de vreugde die door deze wereld wordt verworpen naar ieder aspect van Gods Zoon te brengen waar men dacht dat zonde heerste. Misschien zie je niet de rol die vergeving speelt in het beëindigen van de dood en van alle overtuigingen die oprijzen uit de nevelen van schuld. Zonden zijn overtuigingen die jij tussen je broeder en jezelf plaatst. Ze beperken jou tot tijd en plaats, en geven een klein beetje ruimte aan jou en een ander klein beetje ruimte aan hem. Deze afbakening wordt in jouw waarneming gesymboliseerd door een lichaam dat duidelijk iets afgescheidens en afzonderlijks is. Maar waar dit symbool voor staat is niets anders dan jouw wens om afzonderlijk en afgescheiden te zijn.
9. Vergeving neemt weg wat tussen jou en jouw broeder in staat. Ze is de wens dat jij met hem verbonden, en niet van hem afgezonderd bent. We noemen het een ‘wens’ omdat deze nog steeds andere keuzemogelijkheden inhoudt, en de wereld voorbij keuzen nog niet volledig heeft bereikt. Toch is deze wens in overeenstemming met de hemelse staat, en niet tegengesteld aan Gods Wil. Hoewel hij jou bij lange na niet je volle erfdeel geeft, haalt hij wel de obstakels weg die jij hebt geplaatst tussen de Hemel waar jij bent, en de herkenning van waar en wat jij bent. Feiten blijven onveranderd. Maar feiten kunnen worden ontkend en aldus onbekend zijn, hoewel ze gekend waren voordat ze werden ontkend.
10. Verlossing, volmaakt en volledig, vraagt slechts: de kleine, bescheiden wens dat wat waar is waar zou zijn, het kleine beetje bereidwilligheid om voorbij te zien aan wat er niet is, en de kleine verzuchting die zijn voorkeur uitspreekt voor de Hemel boven deze wereld waar dood en troosteloosheid lijken te heersen. Als vreugdevol antwoord zal de schepping zich in jou verheffen om de wereld die jij ziet door de Hemel te vervangen, volkomen volmaakt en volledig. Wat is vergeving anders dan de bereidwilligheid de waarheid waar te laten zijn? Wat kan ongenezen blijven en afgebroken van een eenheid die alle dingen in zichzelf bevat? Er is geen zonde. En elk wonder is mogelijk zodra Gods Zoon ziet dat zijn wensen en de Wil van God één zijn.
11. Wat is de Wil van God? Hij wil dat Zijn Zoon alles heeft. En dat heeft Hij ook gegarandeerd toen Hij hem als alles heeft geschapen. Het is onmogelijk dat er iets verloren gaat, als wat jij hebt is wat jij bent. Dit is het wonder waardoor schepping jouw functie werd, die je deelt met God. Zonder Hem wordt dit niet begrepen, en het heeft daarom in deze wereld geen betekenis. Hier vraagt de Zoon van God niet te veel, maar veel te weinig. Hij zou zijn eigen identiteit en alles willen offeren om een kleine schat voor zichzelf te vinden. En dit kan hij niet doen zonder een gevoel van afzondering, verlies en eenzaamheid. Dat is de schat die hij probeerde te vinden. En daar kan hij alleen maar bang voor zijn. Is angst een schat? Kan onzekerheid hetgeen zijn wat jij wilt? Of is het een vergissing omtrent jouw wil en wat jij werkelijk bent?
12. Laten we eens nagaan wat de dwaling is, zodat ze kan worden gecorrigeerd in plaats van beschermd. Zonde is het geloof dat aanval kan worden geprojecteerd buiten de denkgeest waar dat geloof ontstond. Hier wordt de vaste overtuiging dat ideeën hun bron kunnen verlaten werkelijkheid en betekenis verleend. En uit die dwaling komt de wereld van zonde en offers voort. Deze wereld is een poging jouw onschuld te bewijzen, terwijl ze intussen de aanval koestert. Haar mislukking bestaat hierin dat jij je nog steeds schuldig voelt, hoewel je niet begrijpt waarom. Gevolgen worden als gescheiden van hun bron gezien, en lijken buiten je vermogen te liggen ze te beheersen of te voorkomen. Wat op die manier gescheiden wordt gehouden, kan zich nooit verbinden.
13. Oorzaak en gevolg zijn één, niet gescheiden. God wil dat jij leert wat altijd waar is geweest: dat Hij jou geschapen heeft als deel van Hem, en dat dit nog steeds waar moet zijn omdat ideeën hun bron niet verlaten. Zo ziet de wet van de schepping eruit: elk idee dat de denkgeest bedenkt voegt alleen maar toe aan zijn overvloed, en neemt er nooit wat van weg. Dit geldt evenzeer voor ijdele wensen als voor wat waarlijk wordt gewild, want de denkgeest kan wel wensen te worden misleid, maar kan zichzelf niet tot iets maken wat hij niet is. En geloven dat ideeën hun bron kunnen verlaten staat gelijk aan illusies uitnodigen waar te zijn, zonder succes. Want nooit zal succes mogelijk zijn bij een poging de Zoon van God te misleiden.
14. Het wonder is mogelijk wanneer oorzaak en uitwerking bijeen worden gebracht, en niet gescheiden worden gehouden. Een gevolg genezen zonder de oorzaak kan de gevolgen alleen maar doen verschuiven naar andere vormen. En dat is geen bevrijding. Gods Zoon kan nooit met minder genoegen nemen dan totale verlossing en een vrijwaring van schuld. Want anders verlangt hij nog altijd dat hij zich een of ander offer moet getroosten, en ontkent aldus dat alles van hem is, niet beperkt door enige vorm van verlies.