Een Cursus in Wonderen Dagelijkse Les

Tekst 81 Het Eind Van Ziekte

Een Cursus in Wonderen Dagelijkse Les
25-04-2022

Help mee deze klassen mogelijk te maken: https://eencursusinwonderen.org/doneer

Telegramgroep: https://t.me/eencursusinwonderenverbinding

IV. Het eind van ziekte

1. Alle magie is een poging het onverenigbare te verenigen. Alle religie is de erkenning dat het onverenigbare niet kan worden verenigd. Ziekte en volmaaktheid zijn onverenigbaar met elkaar. Als God jou volmaakt geschapen heeft, ben jij volmaakt. Als je gelooft dat je ziek kunt zijn, heb jij andere goden voor Zijn aangezicht geplaatst. God voert geen oorlog tegen de god van de ziekte die jij gemaakt hebt, maar jij wel. Deze is het symbool van de keuze tegen God, en jij bent bang voor hem omdat hij niet met Gods Wil te verenigen is. Val je hem aan, dan maak je hem werkelijk voor jou. Maar weiger je hem te aanbidden, in welke vorm hij maar aan je verschijnt en waar je hem ook meent te ontwaren, dan zal hij verdwijnen in het niets vanwaaruit hij werd gemaakt.
2. De werkelijkheid kan alleen dagen in een onbenevelde denkgeest. Ze is er altijd, klaar om te worden aanvaard, maar of je haar aanvaardt hangt af van jouw bereidheid haar toe te laten. De werkelijkheid kennen vraagt onherroepelijk de bereidheid om de onwerkelijkheid te beoordelen als wat ze is. Het niets negeren betekent slechts dat je het op de juiste wijze oordeelt en het loslaat vanwege je vermogen het op ware waarde te schatten. Kennis kan niet dagen in een denkgeest vol illusies, omdat waarheid en illusies onverenigbaar zijn. De waarheid is heel, en kan niet door een deel van een denkgeest worden gekend.
3. Het Zoonschap kan niet worden waargenomen alsof het ten dele ziek is, want het op die manier waarnemen wil zeggen het in het geheel niet waarnemen. Als het Zoonschap één is, is het in alle opzichten één. Eenheid kan niet verdeeld zijn. Als je andere goden waarneemt, is je denkgeest gespleten en zul je niet in staat zijn die gespletenheid te beperken, want het is een teken dat je een deel van je denkgeest onttrokken hebt aan Gods Wil. Dit betekent dat hij stuurloos is. Stuurloos zijn betekent redeloos zijn, en dan wordt de denkgeest wel degelijk onredelijk. Door de denkgeest verkeerd te definiëren, zie je hem als iets wat verkeerd functioneert.
4. Gods wetten zullen jouw denkgeest in vrede bewaren, omdat vrede Zijn Wil is en Zijn wetten opgesteld zijn om die in stand te houden. Zijn wetten zijn de wetten der vrijheid, maar die van jou zijn de wetten van onderworpenheid. Aangezien vrijheid en onderworpenheid onverenigbaar zijn, kunnen hun wetten niet tezamen worden begrepen. De wetten van God werken alleen voor jouw welzijn, en er zijn geen andere wetten dan die van Hem. Al het andere is louter wetteloos, en daardoor chaotisch. Maar God Zelf heeft alles wat Hij geschapen heeft krachtens Zijn wetten beschermd. Alles wat daar niet onder valt bestaat niet. ‘Wetten der chaos’ is een zinledige term. De schepping is volkomen wetmatig, terwijl het chaotische zonder betekenis is omdat het zonder God is. Jij hebt je vrede ‘gegeven’ aan de goden die jij hebt gemaakt, maar ze zijn er niet om het van je in ontvangst te nemen en jij kunt het hun niet geven.
5. Je hebt niet de vrijheid om de vrijheid op te geven, maar alleen om die af te wijzen. Je kunt niet doen wat God niet heeft beoogd, want wat Hij niet beoogd heeft, geschiedt niet. Jouw goden brengen geen chaos; jij rust ze toe met chaos en neemt die van hen aan. Dit alles heeft nooit bestaan. Er heeft nooit iets bestaan dan Gods wetten, en er zal nooit iets bestaan dan Zijn Wil. Jij werd geschapen door middel van Zijn wetten en krachtens Zijn Wil, en de wijze waarop jij werd geschapen heeft jou tot schepper gemaakt. Wat jij gemaakt hebt is jou zo onwaardig dat je het allerminst zou willen, als je bereid was het te zien als wat het is. Je zult in het geheel niets zien. En jouw visie zal er automatisch aan voorbij zien naar wat zich in je en overal rondom je bevindt. De werkelijkheid kan niet door alle hindernissen heenbreken die jij opwerpt, maar ze zal jou volledig omhullen zodra jij die laat varen.
6. Wanneer jij de bescherming van God ervaren hebt, wordt het maken van afgoden ondenkbaar. Er zijn geen vreemde beelden in de Denkgeest van God, en wat niet in Zijn Denkgeest is kan niet in de jouwe zijn, omdat jullie één van denkgeest zijn en die denkgeest Hem toebehoort. Het is de jouwe omdat hij Hem toebehoort, want voor Hem betekent eigenaar zijn deelgenoot zijn. En als dat voor Hem geldt, geldt dat ook voor jou. Zijn definities zijn Zijn wetten, want hierdoor heeft Hij het universum tot stand gebracht zoals het is. Geen enkele valse god die jij tussen jezelf en je werkelijkheid probeert te plaatsen, tast op enigerlei wijze de waarheid aan. Vrede is je deel omdat God jou geschapen heeft. En iets anders schiep Hij niet.
7. Een wonder is een daad van een Zoon van God die alle valse goden terzijde heeft gelegd, en zijn broeders oproept hetzelfde te doen. Het is een daad van vertrouwen, want het is de erkenning dat zijn broeder het kan. Het is een oproep tot de Heilige Geest in zijn denkgeest, een oproep die versterkt wordt door de verbinding met anderen. Doordat de wonderdoener Gods Stem heeft gehoord, versterkt hij Die in een zieke broeder door diens geloof in ziekte, dat hij niet deelt, te verzwakken. De macht van de ene denkgeest kan doorstralen tot in een andere, omdat alle lichten van God door dezelfde vonk werden ontstoken. Die is overal, en is eeuwig.
8. In velen blijft alleen de vonk over, omdat de Grote Stralen zijn omfloerst. Maar God heeft de vonk levend gehouden, zodat de Stralen nooit volledig kunnen worden vergeten. Als je alleen al het vonkje ziet, zul je het grotere licht leren kennen, want de Stralen zijn daar onzichtbaar aanwezig. De vonk waarnemen zal doen genezen, maar het licht kennen zal doen scheppen. Bij de terugkeer dient echter eerst het kleinere licht erkend te worden, want de afscheiding was een afdaling van grootheid naar kleinheid. Maar de vonk is nog steeds even zuiver als het Grote Licht, want het is de blijvende roep der schepping. Stel al je geloof daarin, en God Zelf zal jou antwoord geven.