Een Cursus in Wonderen Dagelijkse Les

Tekst 179 De Angst Om Naar Binnen Te Kijken

Een Cursus in Wonderen Dagelijkse Les
08-09-2022

Ondersteun deze klassen met een gift: https://eencursusinwonderen.org/doneer

IV. De angst om naar binnen te kijken

1. De Heilige Geest zal jou nooit onderwijzen dat je zondig bent. Vergissingen zal Hij corrigeren, maar dat maakt niemand angstig. Je bent wel degelijk bang om naar binnen te kijken en de zonde te zien die jij meent dat daar is. Dit zou je zonder angst kunnen toegeven. Angst geassocieerd met zonde acht het ego heel gepast, en het glimlacht goedkeurend. Het schrikt er niet voor terug jou een schaamtegevoel te bezorgen. Het twijfelt niet aan jouw geloof en vertrouwen in zonde. Zijn tempels schudden hierdoor niet op hun grondvesten. Jouw geloof dat daar zonde is, getuigt alleen maar van je verlangen dat ze daar ook inderdaad is en kan worden gezien. Dit is slechts in schijn de bron van angst.
2. Onthoud dat het ego niet alleen is. Zijn bewind wordt ingetoomd, en het vreest zijn onbekende ‘Vijand’, die het zelfs niet kan zien. Luidkeels maant het ego jou niet naar binnen te kijken, want als je dat doet zullen je ogen op zonde stuiten, en zal God jou met blindheid slaan. Dit is wat jij gelooft, en dus kijk je niet. Maar dit is niet de verborgen angst van het ego, noch die van jou die daar dienstbaar aan is. Luidkeels, inderdaad, verkondigt het ego dat het dit wel is; te luid en te vaak. Want onder dit constante geschreeuw en die uitzinnige bewering is het ego er niet zo zeker van dat dit wel zo is. Achter jouw angst om vanwege de zonde naar binnen te kijken, gaat nog een andere angst schuil, en wel een die het ego doet sidderen en beven.
3. Wat als je naar binnen keek en geen zonde zag? Deze ‘beangstigende’ vraag is er een die het ego nooit stelt. En jij die ze nu wel stelt vormt een te ernstige bedreiging voor het verdedigingssysteem van het ego dat het zich er nog druk om maakt te veinzen dat het jouw vriend is. Zij die zich met hun broeders hebben verbonden, hebben zich van de overtuiging losgemaakt dat hun identiteit in het ego ligt. Een heilige relatie is er een waarin jij je verbindt met dat wat in waarheid deel van jou uitmaakt. En je geloof in zonde is al aan het wankelen gebracht, en ook ben je nu niet totaal ongenegen om naar binnen te kijken, en ze niet te zien.
4. Je bevrijding is nog steeds gedeeltelijk, nog steeds beperkt en onvolledig, maar toch in jou geboren. Niet volslagen gek, was je bereid om een groot deel van je krankzinnigheid te zien en de waanzin ervan te erkennen. Je geloof verplaatst zich naar binnen, voorbij krankzinnigheid naar de rede toe. En wat jouw rede je nu vertelt, wil het ego niet horen. Het doel van de Heilige Geest werd door dat deel van jouw denkgeest aanvaard waar het ego geen weet van heeft. En evenmin had jij dat. En toch is dit deel, waarmee jij je nu vereenzelvigt, niet bang om naar zichzelf te kijken. Het kent geen zonde. Hoe kan het anders bereid zijn geweest het doel van de Heilige Geest als het zijne te zien?
5. Dit deel heeft jouw broeder gezien, en hem sinds het begin der tijden volmaakt herkend. En het verlangde niets anders dan zich met hem te verbinden en opnieuw vrij te zijn, zoals het dit ooit was. Het heeft op de geboorte van de vrijheid, op de aanvaarding van de bevrijding gewacht om tot jou te komen. En nu zie je in dat het niet het ego was dat zich met het doel van de Heilige Geest verbonden heeft, en dus moet er wel iets anders zijn. Denk niet dat dit waanzin is. Want dit is wat jouw rede je vertelt, en het volgt volkomen uit wat jij al geleerd hebt.
6. Er zit geen inconsistentie in wat de Heilige Geest onderwijst. Dit is de redenering van de verstandigen. Je hebt de waanzin van het ego gezien zonder je bang te laten maken, omdat je besloten hebt er geen deel aan te hebben. Af en toe misleidt het jou nog. Maar in verstandiger momenten slaat je de schrik niet meer om het hart door zijn getier. Want je hebt ingezien dat je niet één van de geschenken hoeft die het jou ontnemen wil uit woede om jouw ‘verwaande’ wens om naar binnen te kijken. Enkele resterende snuisterijen lijken nog wel te schitteren en de blik te vangen. Toch wil je de Hemel niet ‘verkopen’ om ze te krijgen.
7. En nu is het ego bang. Maar wat het vol schrik aanhoort, hoort het andere deel als de lieflijkste muziek: het lied dat het vurig verlangde te horen sinds het ego voor het eerst in je denkgeest opkwam. De zwakte van het ego is zijn kracht. Het vrijheidslied, dat een andere wereld lof toezingt, brengt er hoop op vrede. Want het herinnert zich de Hemel, en nu ziet het dat de Hemel eindelijk naar de aarde gekomen is, waaruit het bewind van het ego het zolang heeft geweerd. De Hemel is gekomen, want die heeft in jouw relatie op aarde een thuis gevonden. En de aarde kan niet langer vasthouden wat de Hemel als het zijne is gegeven.
8. Kijk met mildheid naar jouw broeder, en bedenk dat de zwakte van het ego voor jullie beider ogen wordt geopenbaard. Wat het ego gescheiden wilde houden, heeft elkaar gevonden en zich onderling verbonden, en kijkt naar het ego zonder angst. Kindlief, onschuldig aan zonde, volg blijmoedig de weg naar zekerheid. Laat je niet weerhouden door de krankzinnige aandrang van de angst dat zekerheid kan worden gevonden in twijfel. Dit heeft geen betekenis. Wat maakt het jou uit hoe luid dit wordt verkondigd? Wat onzinnig is krijgt geen betekenis door herhaling en misbaar. De stille weg ligt open. Volg die met vreugde, en trek niet in twijfel wat zo moet zijn.