Een Cursus in Wonderen Dagelijkse Les

Tekst 192 Onverenigbare Overtuigingen

Een Cursus in Wonderen Dagelijkse Les
27-09-2022

Ondersteun deze klassen met een gift: https://eencursusinwonderen.org/doneer

I. Onverenigbare overtuigingen

1. De Godsherinnering komt tot een denkgeest in rust. Ze kan niet komen waar conflicten zijn, want een denkgeest in oorlog met zichzelf herinnert zich eeuwige zachtmoedigheid niet. Oorlogsmiddelen zijn geen vredesmiddelen, en wat oorlogszuchtigen zich plegen te herinneren is niet liefde. Oorlog is onmogelijk, tenzij er geloof in overwinning wordt gekoesterd. Een conflict in jezelf moet wel betekenen dat je gelooft dat het ego bij machte is te zegevieren. Waarom zou jij je er anders mee vereenzelvigen? Ongetwijfeld besef je dat het ego in oorlog is met God. Het is zeker dat het geen vijand heeft. Maar even zeker is zijn starre overtuiging dat het wel een vijand heeft die het overwinnen moet, en dat het daarin slagen zal.
2. Besef je niet dat een oorlog tegen jezelf een oorlog met God zou zijn? Is een overwinning dan denkbaar? En als dat al zo was, is dit dan de overwinning die jij je zou wensen? De dood van God, zo die al mogelijk was, zou jouw dood betekenen. Is dat een overwinning? Het ego marcheert steeds zijn nederlaag tegemoet, omdat het denkt dat het mogelijk is over jou te zegevieren. En God denkt daar anders over. Dit is geen oorlog; het is alleen de dwaze overtuiging dat Gods Wil kan worden aangevallen en tenietgedaan. Je kunt je wel met die overtuiging vereenzelvigen, maar meer dan dwaasheid zal het nooit zijn. En in die dwaasheid zal angst heersen en zal het lijken of die de liefde daar vervangen heeft. Dit is wat het conflict beoogt. En voor degenen die denken dat het mogelijk is, lijkt het middel reëel.
3. Wees er zeker van dat het onmogelijk is dat God en het ego, of jijzelf en het ego, elkaar ooit zullen ontmoeten. Het lijkt alsof jullie elkaar ontmoeten, en jullie gaan vreemde verbonden aan op gronden zonder zin. Want jullie overtuigingen treffen elkaar in het lichaam, het uitverkoren woonoord van het ego, waarvan jij gelooft dat dit het jouwe is. Je treft elkaar in een vergissing; een misvatting in de beoordeling van jezelf. Het ego verbindt zich met een illusie van jouzelf die jij met hem deelt. Maar illusies kunnen zich niet verbinden. Ze zijn hetzelfde en ze zijn niets. Hun verbinding berust op niets; twee zijn even betekenisloos als één of duizend. Omdat het niets is, verbindt het ego zich met niets. De overwinning die het zoekt is zonder betekenis, zoals het ego zelf.
4. Broeder, de oorlog tegen jezelf is bijna voorbij. Het eind van de reis is op de plaats van vrede. Zou je nu de vrede niet willen aanvaarden die jou hier geboden wordt? Deze ‘vijand’, die jij bevocht als een schender van je vrede, is hier voor jouw ogen tot de schenker van je vrede getransformeerd. Jouw ‘vijand’ was God Zelf, aan wie alle conflict, zege en aanval, in welke vorm ook, totaal onbekend is. Hij heeft jou volmaakt, totaal en eeuwig lief. De Zoon van God op voet van oorlog met zijn Schepper is een toestand even lachwekkend als de natuur die woedend brult tegen de wind, en verkondigt dat die niet langer deel uitmaakt van haarzelf. Zou de natuur dit ooit tot stand kunnen brengen en waar kunnen maken? Net zomin is het aan jou te zeggen wat deel van jou zal uitmaken en wat daarbuiten wordt gehouden.
5. De oorlog tegen jezelf werd ondernomen om de Zoon van God te leren dat hij niet zichzelf is, en niet zijn Vaders Zoon. Hiertoe dient de herinnering van zijn Vader te worden vergeten. Die is vergeten in het leven in een lichaam, en als jij denkt dat je een lichaam bent, zul je geloven die vergeten te zijn. Maar de waarheid kan nooit door zichzelf worden vergeten, en jij bent niet vergeten wat jij bent. Alleen een vreemde illusie omtrent jezelf, een wens te zegevieren over wat jij bent, herinnert zich dat niet.
6. De oorlog tegen jezelf is slechts een veldslag tussen twee illusies, die worstelen om de een van de ander te doen verschillen, in de overtuiging dat de ene die wint waar zal zijn. Er bestaat geen conflict tussen hen en de waarheid. Evenmin verschillen ze van elkaar. Beide zijn onwaar. En dus doet niet ter zake welke vorm ze aannemen. Wat hen gemaakt heeft is waanzinnig, en ze blijven deel uitmaken van wat hen heeft gemaakt. Dwaasheid vormt geen bedreiging voor de werkelijkheid en heeft daar geen invloed op. Illusies kunnen niet over waarheid zegevieren, noch haar bedreigen op enige manier. En de werkelijkheid die zij ontkennen, maakt geen deel van hen uit.
7. Wat jij je herinnert, is een deel van jou. Want jij moet wel zijn zoals God jou heeft geschapen. De waarheid vecht niet tegen illusies, noch vechten illusies tegen de waarheid. Illusies strijden alleen met zichzelf. Gefragmenteerd als ze zelf zijn, fragmenteren ze. Maar de waarheid is ondeelbaar en ligt ver buiten hun luttele bereik. Je zult je herinneren wat je weet, wanneer jij geleerd hebt dat je niet in conflict kunt zijn. De ene illusie over jezelf kan slag leveren met de andere, maar toch is een oorlog van twee illusies een toestand waarin niets gebeurt. Er is geen overwinnaar en er is geen overwinning. En de waarheid staat en straalt, bezijden het conflict, ongerept en kalm in Gods vrede.
8. Een conflict moet zich tussen twee krachten afspelen. Het kan zich niet voordoen tussen één macht en niets. Er is niets wat jij zou kunnen aanvallen dat geen deel van jou is. En door het aan te vallen maak je twee illusies van jezelf die met elkaar in conflict zijn. En dit gebeurt telkens wanneer je iets wat God geschapen heeft anders dan met liefde beziet. Een conflict is beangstigend, want daaruit wordt angst geboren. Maar wat uit niets geboren wordt, kan door strijd geen werkelijkheid verkrijgen. Waarom zou jij je wereld willen vullen met conflicten met jezelf? Laat al deze waanzin voor jou ongedaan worden gemaakt, en wend je in vrede tot de Godsherinnering, die nog steeds in je kalme denkgeest straalt.
9. Zie hoe het conflict tussen illusies verdwijnt, wanneer het naar de waarheid wordt gebracht! Want het lijkt alleen maar werkelijk zolang het als oorlog tussen strijdige waarheden wordt gezien, waarbij de overwinnaar uitverkoren is de meest ware en werkelijke te zijn, de bedwinger van de illusie die het minst werkelijk was en die door het onderspit te delven tot illusie werd gemaakt. Aldus is conflict de keuze tussen illusies: de een wordt als werkelijk bekroond en de ander bedwongen en verguisd. Hier zal de Vader nooit herinnerd worden. Toch kan geen enkele illusie Zijn huis binnenvallen en Hem verdrijven uit wat Hij eeuwig liefheeft. En wat Hij liefheeft moet eeuwig in rust en vrede zijn, omdat het Zijn huis is.
10. Jij die door Hem wordt bemind, bent geen illusie, want jij bent even waar en heilig als Hij. Jouw stille zekerheid omtrent Hem en jezelf is een thuis voor Jullie Beiden, die als één en niet afzonderlijk wonen. Open de deur van Zijn hoogst heilige woning en laat vergeving elk spoor wegvagen van het geloof in zonde, waardoor God thuisloos blijft, en Zijn Zoon met Hem. Jij bent geen vreemdeling in het huis van God. Verwelkom jouw broeder in het huis waar God hem in vrede en serene rust geplaatst heeft en daar met hem verblijft. Er is voor illusies geen plaats waar liefde woont en jou beschermt tegen alles wat onwaar is. Jij verblijft in een vrede even grenzeloos als haar Schepper, en alles wordt aan hen geschonken die zich Hem herinneren willen. Over Zijn huis waakt de Heilige Geest, in de zekerheid dat de vrede daar nooit kan worden verstoord.
11. Hoe kan Gods rustplaats zich tegen zichzelf keren en proberen Degene die daar verblijft te overwinnen? En bedenk eens wat er gebeurt wanneer het huis van God zichzelf ziet als verdeeld. Het altaar verdwijnt, het licht vervaagt, de tempel van de Hoogheilige wordt een huis van zonde. En niets wordt er herinnerd, behalve illusies. Illusies kunnen met elkaar in strijd zijn, omdat hun vormen verschillen. En zij vechten alleen om vast te stellen welke vorm waar is.
12. Illusies ontmoeten illusies; de waarheid ontmoet zichzelf. De ontmoeting van illusies leidt tot oorlog. Vrede, kijkend naar zichzelf, breidt zich uit. Oorlog is de toestand waarin angst ontstaat en groeit en ernaar streeft te overheersen. Vrede is de staat waarin liefde woont en ernaar streeft zichzelf te delen. Conflict en vrede zijn tegenpolen. Waar de een verblijft, kan de andere niet zijn; waar de een komt, verdwijnt de ander. Zo wordt de Godsherinnering verduisterd in denkgeesten die het slagveld van illusies zijn geworden. Maar ver voorbij deze onzinnige oorlog straalt ze, klaar om te worden herinnerd wanneer jij je aan de kant van de vrede schaart.